Eerste Advent
Symbolische bloemschikking advent/kerst
Het jaarthema van de PKN is: aan tafel, plek voor iedereen.
In de lezingen van de adventszondagen gaat het over vier vrouwen die verbonden zijn met de levenslijn in de geschiedenis van Jezus. Per zondag gaat het verhaal over één van deze vrouwen, één van de dragers van de tafel.
Vandaag staat de vrouw van Uria centraal. Een pijnlijk herkenbaar verhaal. De roodpaarse kleur is de kleur van de rouw, ze verloor haar man en haar kind. Geel is de koninklijke kleur, ze werd de vrouw van koning David.
Jong is zij, mooi
In paarse rouw
Aan de koninklijke tafel
Bij de eerste Advent
Fan wa bisto d’r ien? Van wie ben jij er een? Wat is jouw familieverhaal, jouw “verborgen” verleden?
Geen mens komt per slot van rekening uit de lucht vallen. Ook de Messias Jezus niet.
De evangelist Mattheus lijkt zich dat als geen ander te realiseren en hij begint zijn verhaal daarom met: dit is het boek van genesis, de wording van Jezus, zoon van Adam, zoon van Abraham, zoon van Israel.
Maar waar we dan meestal gewend zijn vooral mannennamen te horen, allemaal mannen druk aan het verwekken, klinken er hier opeens 4 vrouwennamen. Of eigenlijk 3 en een naamloze. 4 Vrouwen waar iets mee is, verhalen die schuren, rafelrandjes. Op de eerste Advent zoomen we in op die naamloze. Natuurlijk weten we dat zij Batseba heet, maar bij Mattheus blijft zij naamloos, zoals zovele slachtoffers van geweld; vrouwen, kinderen, mannen, maar naamloos.
De vrouw van Uria, een pijnlijk verhaal met een hoog #me-too gehalte. Toch geeft God daar een bijzondere wending aan dit verhaal. In de schikking van deze dag zien we naast het paars van de rouw, het koninklijke geel. Wij noemen haar naam wel, Batseba, voormoeder van Jezus. Jong is ze, mooi, in paarse rouw aan de koninklijke tafel.
Batseba:
Machteloos, willoos. Wat kon ik doen?
Roof, bedrog en moord, met mij als pion.
Toch heeft een koning niet alle macht:
hier binnen in mij groeit wijsheid en kracht,